(Afbeelding van Bob Dmyt via Pixabay)
Na een week zelfopgelegde thuisquarantaine vanwege verkoudheid was ik gisteren noodgedwongen even buiten. Mijn lijf had zuurstof en vitamine D nodig en die blauwe lucht en stralende koperen knaap gingen me dat zeker geven. En er moest vers voedsel in de koelkast komen.
Aangezien ik al 2,5 jaar niet meer in de supermarkt kom en mijn eten bij elkaar fiets bij stalletjes langs de weg, kwekerijen, boerderijen en kleine winkeliers, was ik niet bang voor hijgende hamsteraars in mijn nek. We fietsten vroeg in de ochtend in rust een rondje, haalden in goed georganiseerde omgevingen (minder dan 5 klanten binnen) ons eten en slopen terug in onze grot.
Dubbeldrama
De regio waar ik woon, het Westland, maakt momenteel een dubbeldrama mee. De grootste bron van inkomsten in onze lokale economie bestaat uit tuinbouw en weer een groot deel daarvan is sierteelt, bloemen en planten. Doordat landen op slot gaan, stagneert de handel. Ook de teler van cressen, vitaminerijke kiemplantjes die aan de horeca overal ter wereld worden geleverd, heeft het zwaar te verduren.
Naast de angst om corona op te lopen, overheerst momenteel de angst om de investeringen van jaren, zelfs van generaties, in de opbouw van deze familiebedrijven en de opbrengsten van deze producten in rook te zien opgaan. Deze angst is al werkelijkheid geworden, doordat verse producten als snijbloemen en de genoemde cressen vernietigd moeten worden omdat ze niet bij de klant terecht kunnen komen.
Het dubbeldrama leidt ook tot een dubbel gevoel en ogenschijnlijk tegenstrijdig gedrag. De regering zegt “binnen blijven”, maar zo ongeveer het hele Westland en omstreken is cressen, bloemen en planten aan het redden door ze rechtstreeks bij de teler te kopen en weg te geven aan familie, ouderen, medewerkers en zorgpersoneel. De handen op elkaar met 1,5 meter afstand, samen voor de regio.
Zolang er nog vrijheid is om te bewegen voor cruciale zaken, zoals boodschappen doen, zolang zullen de Westlanders buiten zijn om de lokale economie te redden. En vanuit mijn grot met internetverbinding, smartphone, pc en tv werk ik daar nog intensief aan mee ook. Met het advies aan de gemotiveerden om het zoveel mogelijk op de fiets te doen en de regels van het RIVM en de medemens te respecteren om de verspreiding van het coronavirus te voorkomen.
Observeren
In mijn grot heb ik, zelfs in alle haast die geboden was, mezelf en anderen kunnen observeren. Wat doen mensen als een potentieel dodelijk virus dichterbij komt? Wat doe ik zelf? Waar de een toiletpapier gaat hamsteren en totaal geen rekening houdt met de medemens of nog iets van verse groenten en fruit laat liggen voor kwetsbare mensen en zorgmedewerkers die na een lange dag werken lege schappen in de supermarkt tegenkomen, gaat de ander Coronahulp Westland opzetten omdat ze haar schoonouders in angst ziet om nog naar buiten te gaan.
Het is een wereld van extremen waarin de sterksten gaan overleven en gaan zorgen voor groepsimmuniteit om de zwakkeren te kunnen beschermen en het virus te laten uitdoven. Als het virus zich inderdaad gaat gedragen zoals de virologen voorspellen en deze aanpak gaat werken… we kunnen alleen maar afwachten.
Positief denken versus positief doen
Met de positief denken goeroes die nog zeggen dat het allemaal wel meevalt, dat dit virus minder erg is dan de jaarlijkse griepgolf, of die zeggen dat dit het beste is wat de wereld kon overkomen, ben ik persoonlijk wel een beetje klaar door de ontwikkelingen in Italië.
Ik ben meer een realist die positief doet, gedreven door doemscenario’s. Want dan functioneert mijn lijf op haar best. Dan komt die oerkracht in mij en in ons allen naar boven die nog stamt uit de oertijd. De tijd waarin we nog jager-verzamelaars waren van ons eigen voedsel in de natuur en nog achterna gezeten werden door roofdieren. Eten of gegeten worden. Vechten, vluchten of bevriezen om te overleven.
Wat kun je doen?
Wat kunnen we in deze coronacrisistijd doen met deze oerinstincten die gewoon nog in ons lijf zitten? Het roofdier is een micro-organisme genaamd COVID-19 en achtervolgt ons.
- Vechten
Vechten tegen het virus zelf doe je door te zorgen dat je weerstand, de verdedigingslinie van je lijf, optimaal in orde is. Besteed de vrijheid om naar buiten te gaan, zolang het nog kan, om die afweer te versterken. Eet verse groenten en fruit en eiwitrijk voedsel om je lijf in ultieme staat van paraatheid te brengen. Beweeg (zoveel mogelijk binnen) en drink voldoende water om te zorgen voor een goede bloedsomloop om afval dat niet in je lijf thuis hoort, af te voeren. Gebruik dat vechtmechanisme en verzwak het niet met zaken waarvan we met ons allen allang weten dat het niet gezond is. Voedsel is in overvloed aanwezig, als je de juiste plekken weet te vinden. Zijn de schappen in de supermarkt leeg, dan zijn er voldoende lokale voedselproducenten en kleine verkooppunten te vinden waar je niet in aanraking komt met de meute. En als je fietst voor je eten, indien mogelijk, ben je ook nog goed bezig voor je lichamelijke conditie. - Vluchten
Als een gevaarlijk virus je op de hielen zit, is vluchten een zeer functioneel overlevingsmechanisme. Vlucht weg van omgevingen waar je het mogelijk kunt oplopen. 1,5 meter afstand is het advies, neem dat serieus.Vlucht ook weg van zaken die niet cruciaal zijn om te overleven of helpend in tijden van nood. Met egoïsme redden we geen hele bevolkingsgroep. De lijst met cruciale beroepen is een mooi overzicht van de mensen in beroepen die er momenteel echt toe doen. Om te blijven voortbestaan. Dat wil niet zeggen dat je niet in een andere vorm kunt blijven doen wat je deed. Zo heb ik de afgelopen dagen de kracht om door te gaan gehaald uit berichten van grappenmakers René van Meurs en Jogchem Myjer. Geplande optredens afgezegd maar online gevatter dan ooit. Lachen versterkt de verdedigingslinie. Muziek luisteren, schilderen, boeken lezen en gezelschapsspelletjes spelen (met afstand) ook. Vlucht daarom in de creativiteit die anderen uiten en die je zelf in je hebt. - Bevriezen
“Thuis blijven” om het virus niet te verspreiden en jezelf en anderen niet te besmetten, is momenteel een heel functionele vorm van bevriezen. Kruip in je veilige grot en houd de deur dicht. Ga alleen naar buiten als het strikt noodzakelijk is. En wees alert op het roofdier of onbewuste dragers van het roofdier. “Houd afstand” is niet alleen bedoeld om niet besmet te worden, je kunt zelf ook anderen besmetten. Gehoor geven aan bevriezing maakt je lichaamsbewust. Je bent alerter op signalen van je eigen lijf en dat van anderen. Is het pluis of is het niet pluis? Bij niet-pluis schakel je een dokter in.
Lichaamsbewustzijn
Als massagetherapeut, stress- en adhd-expert en trauma-overlever heb ik de afgelopen achttien jaar, sinds de start van de omscholingsstudie, aan den lijve en in mijn praktijk ondervonden dat de moderne mens zijn en haar lichaamsbewustzijn een beetje kwijt is geraakt. De sensoren in ons lijf zijn niet meer afgestemd op wat het van nature nodig heeft en het niet-pluis signaal wordt verstoord.
Het denken en mentale (meestal onverstandige) wilskracht heeft de overhand gekregen op het lijf. Onze emoties – de hormonale energie om ons lijf tot de juiste beweging te brengen – worden onderdrukt door genotsmiddelen, medicijnen en ongezonde voeding, die slechts vulling is en het afweersysteem verzwakt. Vooral bij in de jeugd getraumatiseerde mensen zijn die richtingaanwijzers, de emotionele en fysieke intelligentie, beschadigd geraakt.
Onderscheiden
Jarenlang heb ik gewerkt aan het herstellen, vergroten en het leren benutten van mijn lichaamsbewustzijn. Het leren onderscheiden van aan de ene kant primaire impulsen tot (over)leven en aan de andere kant secundaire, door gedachten opgewekte reactiepatronen.
Nu blijf ik dus in die grot, niet omdat de regering dat vraagt, maar omdat de angst voor het roofdier mij doet vechten, vluchten en bevriezen. En als ik in die grot dan naar de toekomst mag kijken, dan wens ik dat de mensheid het lichaamsbewustzijn weer terug vindt.
Om te kunnen blijven leven op deze prachtige aarde die ons alles geeft wat we nodig hebben en vooral niet meer dan dat van haar te vragen.
En om de handen weer lijfelijk op elkaar te kunnen doen zonder 1,5 meter afstand….